Door op 9 maart 2016

Noordse mentaliteit is er een van ’niet lullen maar poetsen’.

Wie er woonde wilde er nooit meer weg. Wie er niet woonde wilde er nooit heen.

Jarenlang was dat de positie van Noord binnen Amsterdam. Hetzelfde gold ook voor bedrijven. Jarenlang was het gewoon niet hip om je als ondernemer in Noord te vestigen.
Als er dan pioniers waren die de sprong over het IJ wel waagden, was het stadsdeelbestuur daar heel blij mee. Het bestuur van Noord heeft daarom altijd ruim baan gegeven aan ondernemingen om zich hier te vestigen. Vaak waren deze pioniers kunstenaars. Het hoofdkantoor van de Hema streek niet voor niets neer op het NDSM-terrein. De directie vond de creativiteit van de kunstenaars op die plek zeer inspirerend en belangrijk.

Het Kraanspoor, in de vorige eeuw een plek waar de mammoettankers van de NDSM werden afgebouwd, is behouden gebleven als cultureel erfgoed. Architect Trude Hooykaas heeft er een prachtig eigentijds gebouw van gemaakt, met respect voor de geschiedenis van deze plek. Film- en TV-producent IDTV heeft er haar intrek genomen, en de laatste jaren zijn meerdere productiebedrijven op de NDSM gevestigd. Misschien verdienen op dit moment zelfs wel meer mensen hun boterham op het NDSM-terrein dan in de hoogtijdagen van de scheepswerf!

Maar tijdens de bankencrisis van 2008 tot 2014 lag het hele woningbouwprogramma van Amsterdam zo goed als stil. Nu de crisis voorbij is en we weer volop kunnen bouwen, worden oude plannen weer afgestoft. Inmiddels is Noord hip geworden en behoren we tot de meest populaire stadsdelen waar mensen maar al te graag willen wonen. Omdat we in Amsterdam gemengde wijken willen waar gewerkt én gewoond wordt en waar je ‘s avonds kunt ontspannen, komt het NDSM-terrein ook in beeld voor woningbouw.

Wonen en werken is een heel mooi concept, maar het kan ook schuren met oude bedrijven zoals de scheepsbouw die al heel lang in het gebied zijn gevestigd en die we er ook graag houden. Daarom is het van groot belang om de vermenging van wonen en werken zorgvuldig te doen, zonder de historie van het gebied uit het oog te verliezen. De verschillende belangen moeten we goed afwegen: ruimte voor de ondernemer, zodat hij kan groeien; ruimte voor culturele evenementen die op het terrein plaatsvinden; maar ook ruimte voor de bewoner, zodat geluidsoverlast binnen aanvaardbare grenzen blijft.

Bij de Hema en boven het ROC worden nu woningen gebouwd op een prachtige plek bijna aan het IJ. Maar de woningen liggen ook dichter bij het evenemententerrein.
Als stadsdeelbestuurder, verantwoordelijk voor werk en economie, sta ik voor de lastige taak onze pioniers, de ondernemers en creatieven, de ruimte te blijven geven en tegelijk het gebied voor woningbouw aantrekkelijk te maken. Dat kan nog best wat spanningen opleveren, maar ik heb er alle vertrouwen in dat we daar gezamenlijk uit gaan komen. Hoe? Daar ga ik serieus over nadenken. Niet te lang, want de Noordse mentaliteit is er een van ’niet lullen maar poetsen’.